SEYCHELLEN & ZUID AFRIKA 2015

 

Een goedkoop ticket boeken naar de Seychellen valt niet mee, want het is een exclusieve en dure bestemming. Toch is het ons gelukt om een open  jaw Amsterdam – Seychellen – Johannesburg – Dusseldorf te kopen voor een zeer aantrekkelijke prijs. We vliegen met Etihad via Abu Dhabi. De reis verloopt voorspoedig, op Mahe aangekomen nemen we een piepklein vliegtuigje van Air Seychelles naar het prachtige eiland Praslin.  Behalve prachtige stranden en koraalriffen vinden we hier ook één van de kleinste UNESCO werelderfgoedgebieden ter wereld, de Vallée de Mai. Hier groeien bijzondere palmsoorten, waaronder de coco de mer of zeekokosnoot. Een volgroeide noot kan een diameter hebben van 50 centimeter, en kan tussen de 15 en 30 kilo wegen. Deze palmen groeien alleen op de Seychellen, en is ook meteen het nationale symbool van de eilandengroep. De sfeer is superrelaxed, en nergens is het druk, er worden maximaal 100.000 toeristen per jaar toegelaten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We hebben een kleinschalig hotel geboekt nabij Anse La Blague op het oosten van het eiland.

De volgende morgen, na een ontbijt met verse vruchten en eieren met toast, nemen we de bus naar de pier, een hele onderneming op deze smalle steile weggetjes. Zeker als er een tegenligger nadert, want uitwijkmogelijkheden zijn er nauwelijks. We nemen de ferry naar La Digue. Hier huren we een fiets en rijden door kokos- en vanilleplantages naar één van de beste stranden ter wereld: Source d’Argent. De enigen hier met een slecht humeur zijn de reuzenschildpadden, al willen ze nog wel een groen blaadje van ons aannemen.

Goedkoop en lekker eten doen we bij de zogenaamde take away, een bakje rijst met Creoolse curry met vis of vlees.

Behalve veel prachtig gekleurde vogels, en gekko’s vliegen er  tegen het vallen van de avond enorme vleerhonden over ons balkon, een spectaculair gezicht.

De volgende dag huren we een auto om het eiland verder te verkennen, deze wordt bij het hotel gebracht, en we kunnen het de volgende dag op het parkeerterrein van het vliegveld achterlaten, de sleutels kunnen we gewoon onder de mat leggen.

We rijden een rondje over het eiland en bezoeken enkele prachtige stranden, waaronder Anse Lazio, wederom één van de mooiste ter wereld.

 

 

 

We vliegen weer terug naar Mahe met de Twin Otter van Air Seychelles, een Fransman heeft zich bij het instappen ernstig bezeerd, hij stootte keihard met z’n hoofd tegen de deurpost van het kleine vliegtuigje. Er is geen bagageband op het vliegveld voor binnenlandse vluchten op Mahe, we krijgen de koffers aangereikt door een luik. De andere passagiers hebben dit niet eens gezien, ze zijn al naar buiten gelopen.

Onze economy huurauto blijkt een 4x4 jeep zonder stuurbekrachtiging te zijn, ook deze kunnen we weer met de sleutels onder de mat op het vliegveld achter laten.

We gaan eerst naar de hoofdstad Victoria. Hier valt niet heel veel te beleven, en de sfeer is ook minder relaxed dan elders op de eilanden.

eilanden.

 

Onze self catering accommodatie is enigszins gedateerd, maar heeft een prachtige veranda direct aan zee, met prachtige zonsondergangen. Even verder ligt het strand van Glacis, waar we regelmatig verblijven.

Het strand van Anse Intendance is weer een mooie voor een ansichtkaart, heerlijk fijn zand en azuurblauw water. Op een gegeven moment worden de golven te hoog, en van de toeristenpolitie moet iedereen het water uit.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Port Launay heeft ook een geweldig strand met kalm water waar het goed snorkelen is, prachtig gekleurde vissen in alle soorten en maten.

Na een week in het paradijs wordt het tijd om verder te gaan naar Zuid-Afrika, met een groter toestel van Air Seychelles vliegen we naar Johannesburg, halen de huurauto op en rijden naar Nelspruit. De volgende morgen bezoeken we Chimp Eden, een opvangcentrum voor chimpansees. We horen een aantal hartverscheurende verhalen over verwaarloosde en mishandelde chimpansees, met sommigen lijkt het goed te gaan, anderen zullen nooit meer de oude worden.

 

We gaan verder richting het Krugerpark, we logeren in een tenthuisje in het Crocodile Bridge Safari Lodge vlakbij één van de ingangen naar het park. Een geweldige plek. Slechts een hek scheidt het terrein van de lodge van het Krugerpark. We zien kuddes olifanten langs de rivier trekken, sommige grazen vlakbij het hek. We verblijven hier drie nachten, ’s avonds steekt lodge eigenaar Scott, de barbecue aan, zijn vrouw zorgt voor aardappels en salade, vlees hebben we zelf gekocht bij de Superspar in Komatipoort.

 

 

 

 

 

 

 

 

Slapen wordt lastig, de hele nacht knorren de nijlpaarden in de rivier, en ’s morgens zit er een luidruchtige kolonie vogels in de tuin.

Overdag doen we diverse safari’s in verschillende delen van het park met onze eigen huurauto. We zien veel olifanten, neushoorns, giraffes, zebra’s, verschillende soorten antilopen, wrattenzwijnen, maar ook kleiner materiaal als apen, diverse kleurrijke vogels en zelfs een schildpad. In een poel bij Nhlangazwani liggen een aantal nijlpaarden te dobberen in een poel, een heerlijk rustgevend tafereel. We worden opgehouden door twee vechtende neushoorns aan de Randspruit Road, drie overige familieleden kijken toe, en versperren het pad. We moeten een uur wachten voordat de beesten uitgevochten zijn. De man in de rode auto heeft zelfs tweeënhalf uur moeten wachten.  Op de S25 spotten we vier leeuwen, drie vrouwtjes en een mannetje. Een ervan loopt echt rakelings langs de auto, geweldig.

 

Wat er precies gebeurd is weten we niet, maar waarschijnlijk heeft een busje voor ons op de H4-2 een enorme olifant kwaad gemaakt. Het slurfdier is woest en komt dreigend op ons aflopen. Op You Tube circuleren enkele filmpjes waarop te zien is hoe olifanten een auto aanvallen en zelfs omgooien, niet iets wat je wilt meemaken. Ik zet de auto in de achteruit, en maak dat ik weg kom. De olifant geeft uiteindelijk de achtervolging op, en slentert weer de bosjes in. Een angstig moment. De volgende morgen weer een olifantenervaring, als we net het park inrijden versperren een aantal olifanten de weg. Het is mistig, en we staan met een hele rij auto’s te wachten tot de olifanten doorlopen. Ineens komen van alle kanten olifanten uit de bosjes, voor en achter ons. Gelukkig hebben de beesten geen kwade bedoelingen, spannend was het wel.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We rijden door Swaziland om niet te ver hoeven omrijden op weg naar St. Lucia. We hebben allemaal papieren meegekregen van de autoverhuurder om met de auto door het land te mogen rijden, maar bij de grens vraagt niemand er naar. We moeten aan beide kanten van de grens bij verschillende loketjes een stempel halen, tol betalen, en dan mogen we verder.

Als we Zuid Afrika weer inrijden, krijgen we het aan de stok met de politie. Een agente van de Zuid Afrikaanse politie wil ‘iets leuks’ van ons hebben, we houden ons van den domme, maar als snel wordt duidelijk dat ze geld wil. Ze krijgt hulp van een mannelijke collega met een zilveren voortand. Er is een probleem, het kenteken van onze auto is verlopen. Ik zeg dat onze auto gloednieuw is, en dat het me sterk lijkt dat het kenteken niet meer geldig is. De truc is mislukt en we kunnen doorrijden. Later horen we dat dit aan de orde van de dag is, toeristen moeten soms 800 rand afrekenen voor ze verder mogen. We overnachten in een overgewaardeerd guesthouse in Pongola. We rijden naar St. Lucia, een dorpje aan de Indische Oceaan met een groot strand, en het Greater St. Lucia Wetland Park. In de lagune leven krokodillen en nijlpaarden. We logeren drie nachten in het Elephant Coast Guesthouse, een heel erg leuke accommodatie, gerund door een Fries stel. We maken hier een tocht naar cape Vidal, met een van de mooiste stranden van KwaZulu-Natal, en een park waar ook nog wat wild te spotten valt. De mooiste attractie van St. Lucia zijn toch wel de nijlpaarden. Overdag drijven ze in de rivier, maar als het donker wordt komen ze uit het water en gaan naar het dorpje om gras te eten. Een vreemd gezicht om deze kolossale beesten rustig door de straten van het dorpje te zien wandelen. Later op de avond lopen er zelfs nog twee door de tuin van onze accommodatie. De grootste killer van Afrika staat hier rustig in de tuin te grazen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We liggen hier op het strand, maken een safari door iSimangaliso, waar we veel giraffen spotten, en maken nog een tochtje over de rivier, waar we veel nijlpaarden en slechts enkele krokodillen te zien krijgen.

Onze volgende bestemming Durban, gaat gebukt onder hoge criminaliteitscijfers. De blanke minderheid in het centrum is door drugs of alcohol aan lager wal geraakt. Het is een levendig en chaotisch centrum met toeterende taxibusjes, luide muziek uit winkels, en veel straatventers die de meest uiteenlopende producten verkopen. Een beetje overweldigend in het begin, maar het went snel. Veel toeristische attracties zijn er niet in het centrum, alleen het stadhuis, dat gebouwd is naar het model van die van Belfast.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Buiten het centrum zijn er nog wat attracties van formaat, te weten het Moses Mabhida Stadion, bekend van het WK van 2010, de Gateway Shoppingmall, de grootste van het zuidelijk halfrond, en het indrukwekkende aquarium uShaka Marine World, een Hindu tempel, de Golden Mile promenade en stranden, vanuit ons hotel hebben we hierover een mooi uitzicht.

We trekken via Ladysmith en Harrismith verder naar de hoogste bergketen van het land: de Drakensbergen. We verblijven in charmant guesthouse met een enorm goede keuken. Van hieruit rijden we naar het Natal National Park, waar we een spectaculaire wandeling maken naar de Tiger Falls.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De volgende stop is Clarens, een kunstenaarsdorpje net buiten het Golden Gate NP, prachtig gelegen in het Maluti gebergte. Hier maken we ook een wandeling, best pittig op 2 kilometer hoogte.

 

 

 

Dan volgt de reis terug naar Johannesburg, we logeren in een hotel op de luchthaven, leveren onze huurauto in, om de volgende morgen te vertrekken.

Met een toestel van Jet Airways vliegen we naar Abu Dhabi, waar we een tussenstop hebben van 6 uur. We nemen een taxi naar de Sheikh Zayed Moskee, en eten een mixed grill in een restaurant in het centrum. Om twee uur ’s morgens vertrekt onze vlucht naar Dusseldorf.